ACTUEEL
Welke soort schenking past bij jou?
- september 26, 2023
- Door: Monique
- Categorie: Actueel Financiële planning Uncategorized Vermogen
Iemand een cadeau geven, of dat nu een geldbedrag of een waardevol (on)roerend goed is, hoeft op zich niet heel ingewikkeld te zijn. Een envelop met geld geven of een mondelinge afspraak is (doorgaans) al voldoende voor de geldigheid van een schenking. Het is echter vaak wél aan te raden om een schenking (schriftelijk) vast te leggen. Bijvoorbeeld als je extra voorwaarden aan de schenking wilt stellen.
In een vorige blog beschreef ik waarom het interessant kan zijn om te schenken en welke fiscale consequenties hieraan verbonden zijn. In dit artikel lees je hoe je een rechtsgeldige schenking kunt doen, welke opties je daarbij hebt en welke voorwaarden je aan een schenking kunt meegeven.
Onderhandse akte of notariële akte?
Je kunt zelf een zogenoemde “onderhandse akte” opstellen. Dit is een schriftelijke overeenkomst die je met betrekking tot de schenking afsluit met de begunstigde. Je hoeft hiervoor niet naar een notaris. Een notariële schenkingsakte is in sommige gevallen echter verplicht, denk bijvoorbeeld aan een “schenking op papier” of bij het schenken van een woning.
Het kan voor de bewijsvoering later en om discussies te voorkomen, soms wel handig zijn om de schenking, ook al is het niet verplicht, tóch door een notaris op papier te laten zetten. Stel dat de schenking achteraf tot onenigheid leidt, dan heeft een onderhandse akte minder status in een rechtbank. Bovendien zouden mensen later zelfs in twijfel kunnen trekken of je wel bij je volle verstand was toen je de schenking deed. Bij een notariële akte is dat niet zo. Van een notaris wordt immers verwacht dat hij altijd de wilsbekwaamheid van een cliënt beoordeelt. Net zoals bij een testament of levenstestament.
Schenking als voorschot op de erfenis
Tot 2003 was het zo dat kinderen een schenking altijd moesten inbrengen in de nalatenschap. Vanaf 2003 geldt het tegenovergestelde: schenkingen tellen standaard niet mee bij de erfenis, tenzij je dat expliciet wilt. Stel dat je het ene kind een schenking geeft en je andere kind(eren) niet. Door vast te leggen dat de schenking bedoeld is als een voorschot op de erfenis en dat de begunstigde deze schenking moet inbrengen in je nalatenschap, kun je deze situatie gelijk trekken bij de verdeling van de erfenis.
Je kunt dit vastleggen in de schenkingsovereenkomst zelf, of in je testament. Verander je later van gedachten? Dan kun je in je testament bepalen dat je de inbrengverplichting, die in de schenkingsovereenkomst was afgesproken, ongedaan maakt.
Schenking met een specifiek doel
In een onderhandse of notariële akte kun je bepalen dat de begunstigde je schenking niet vrij kan besteden. Je kunt een specifiek doel meegeven, bijvoorbeeld de aankoop van een eigen woning, een auto of het volgen van een opleiding. Wordt er toch iets anders mee gedaan, dan zou je de schenking kunnen herroepen. Die mogelijkheid kun je ook in de schenkingsovereenkomst laten opnemen. Daarover later meer.
Schenking met een bewindvoerder
Wil je nóg meer grip houden op wat de begunstigde met je schenking doet, dan kun je een bewindvoerder benoemen. Die bewindvoerder kan jij zelf zijn maar mag ook iemand anders zijn. Je kunt zelf bepalen hoe lang het bewind duurt. Waarom zou je dit doen? Stel dat je vanaf de geboorte van je kind, jaarlijks een mooi bedrag, bijvoorbeeld het vrijgestelde schenkingsbedrag, schenkt op rekening van je kind. Dan staat er tegen de 18e verjaardag van je kind een aanzienlijk bedrag op zijn/haar rekening, waarover hij/zij vanaf dan vrij kan beschikken. Misschien zie je het bedrag dat jij bij elkaar hebt gespaard in de hoop je kind een mooie start te geven, liever niet verkwanseld worden aan feestjes en vakanties. In dat geval kan het een oplossing zijn om het vermogen nog enkele jaren onder bewind te plaatsen, zodat je kind, tot een bepaalde leeftijd, alleen met toestemming van de bewindvoerder over het vermogen kan beschikken.
Om een bewindvoerder aan te stellen hoef je niet langs de notaris te gaan; het kan ook met een onderhandse akte. Het kan echter wel verstandig zijn om het door een notaris te laten opstellen, omdat de begunstigde na 5 jaar het bewind mag aanvechten voor de rechtbank. Met een notariële akte, waarin bijvoorbeeld ook een clausule is opgenomen om in dat geval de schenking te herroepen, sta je sterker.
Schenking met een uitsluitingsclausule
Met een uitsluitingsclausule kun je bepalen dat de schenking geen onderdeel wordt van de huwelijksgemeenschap van de begunstigde en diens partner. Stel dat de relatie stuk loopt, dan zie je misschien liever niet dat de ex-partner een deel van de schenking, of het nu geld is of een deel van de familiejuwelen, met zich meeneemt. Je kunt met een dergelijke clausule dus bepalen dat de begunstigde van je schenking als enige recht heeft op het geschonken bedrag / goed én in principe ook op de opbrengsten van dit vermogen.
Een uitsluitingsclausule helpt echter niet in het geval dat je kind overlijdt en je schenking door vererving bij de partner terechtkomt. Wil je dat echt niet, dan kun je naast de uitsluitingsclausule ook nog een zogenoemde “tweetrapsmaking” toevoegen aan je schenkingsovereenkomst. In de tweetrapsmaking kun je bepalen dat de schenking of wat daar nog over is, vererft naar een specifiek aangewezen persoon (of personen). Bijvoorbeeld de kind(eren) van je overleden kind of jouw andere kind(eren), de broer(s) en/of zus(sen) van je overleden kind.
Zowel een uitsluitingsclausule als de tweetrapsmaking hoeven niet verplicht door een notaris opgesteld te worden. Wil je echter, gezien de vergaande fiscale gevolgen, op safe spelen, is het toch vaak verstandig om hiervoor een notariële akte te laten opstellen.
Herroepelijke schenking
“Eens gegeven, altijd gegeven”, maar sinds 2003 is dat niet meer zo. Je mag als schenker bepalen dat je in bepaalde gevallen de schenking mag terugdraaien (“herroepen”). Stel dat je bijvoorbeeld het geld, nu of in de nabije toekomst, toch zelf nodig hebt. Of dat de begunstigde onverhoopt overlijdt en je via het herroepen van de schenking, de erfbelasting kunt vermijden. Om eventuele discussies later te vermijden, is het aangewezen om die voorwaarden duidelijk te omschrijven in de onderhandse of notariële schenkingsakte. Het geeft de begunstigde weinig vertrouwen als de grond voor herroeping zo vaag is, dat er bijvoorbeeld alleen al kleine ruzie voor kan zorgen dat de schenking teruggedraaid wordt.
Een herroepelijke schenking kan in de praktijk anders uitpakken dan je hoopt. Misschien heeft de begunstigde de schenking al (deels) gebruikt? Is het voor hem/haar dan nog wel mogelijk om de schenking terug te betalen? En hoe ver ga je dan in je besluit om je schenking terug te krijgen? Tot de rechtbank? En wat met de fiscale gevolgen van de schenking? Kunnen die ook teruggedraaid worden?
Je merkt het, een herroepingsclausule is complex. Je kunt je de vraag stellen of je dit wel écht wilt. Als je je nu al afvraagt of je wel nu, straks en later over de nodige financiële ruimte beschikt om om een verantwoorde manier te schenken, is het dan wel verstandig om die schenking überhaupt te doen? Bij die beoordeling kan ik je, als financieel planner, helpen.
Schenking door middel van een lening
Wil je je kind(eren) financieel helpen, dan kun je als ouder ook geld lenen aan je kind(eren). Omdat je het geld niet “weggeeft” en een vordering op het bedrag houdt, blijft je vermogen intact. En omdat het geen schenking is, hoeft de begunstigde er geen schenkbelasting over te betalen. So far so good, maar het wordt een ander verhaal als je over de lening geen rente of een rentepercentage van minder dan 6 procent rekent. Bijvoorbeeld als je de lening formeel inkleedt als een “direct opeisbare lening”, maar alle partijen eigenlijk weten dat de lening in de praktijk níet direct opgeëist zal worden. Dan krijgt die lening vanuit fiscaal oogpunt toch het karakter van een schenking (van het vruchtgebruik). Over het bedrag van het vruchtgebruik (zijnde 6 procent van de lening) zal je kind dan toch schenkbelasting moeten betalen. We geldt ook hier de “belastingvrije voet”, de vrijstelling voor de schenkbelasting.
Verstrek je je kind(eren) een “echte” lening, dat wil zeggen een lening met een marktconforme rente, dan is het belangrijk om de afspraken en voorwaarden duidelijk vast te leggen in een contract. Dat kan onderhands en in een notariële akte. Dat lijkt misschien niet nodig, maar als het over geld gaat, is een zakelijke, duidelijke aanpak vaak toch het beste. Je weet immers nooit wat er kan gebeuren.
Schenking aan een goed doel
Om iets terug te geven aan de maatschappij, om een project te ondersteunen dat nauw aan je hart ligt of om anderen te helpen… schenken aan een goed doel kan je een goed gevoel geven. Maar terwijl je een ander helpt, kun je er ook zelf financieel baat bij hebben. Schenkingen aan een goed doel kunnen immers fiscaal aftrekbaar zijn, waardoor de schenking je uiteindelijk minder kost dan het bedrag dat je werkelijk hebt gegeven. Let wel op want de regelgeving met betrekking tot schenkingen aan goede doelen verandert jaarlijks en de fiscale aftrekbaarheid is soms een vrij complexe berekening. Check dus jaarlijks wat de nieuwe stand van zaken is.
Schenking op papier
Een “schenking op papier” is een schenking die pas bij het overlijden van de schenker (of diens partner) ingaat. Het wordt soms ook wel “schenking ter zake des doods” of “schenking onder schuldigerkenning” genoemd. Dit type schenking moet altijd door de schenker persoonlijk in een notariële akte vastgelegd worden, anders vervalt de schenking.
Met een schenking op papier schenk je iemand een vordering op je. Op papier schenk je je kind bijvoorbeeld 100.000 euro maar je neemt tegelijkertijd de beschikking over het geld, minus de schenkbelasting, weer terug. Concreet leen je het bedrag dus onmiddellijk weer terug. Je kind krijgt hierdoor een vordering op je, die je pas aflost als jij of je partner overlijdt. Omdat je een lening bij je kind bent aangegaan, moet je jaarlijks 6 procent rente over het verschuldigde bedrag aan je kind daadwerkelijk overmaken. Het is belangrijk dat je kind àl jouw jaarlijkse rentebetalingen met bankafschriften kan bewijzen. Heb je de rente niet jaarlijks betaald óf kan je kind het niet bewijzen, dan vervalt de schenking en valt het geschonken bedrag weer in de erfenis en is er erfbelasting over verschuldigd.
Een schenking onder schuldigerkenning kan interessant zijn wanneer je vermogend bent, maar je vermogen “vast” zit, bijvoorbeeld in onroerend goed (in box 3). Deze vorm van schenken kan ook voordelen hebben voor je erfgenamen, omdat je nalatenschap ná je overlijden wordt verminderd met deze schuld aan de erfgenamen, waardoor ze minder erfbelasting verschuldigd zijn. Maar let op: deze constructie levert niet altijd evenveel voordeel op. Een voordeel is dat je kinderen van de vrijstelling voor de schenkbelasting (6.035 euro per kind) én voor de erfbelasting (22.918 euro per kind) kunnen gebruikmaken. Maar daartegenover staan de notariskosten voor het opmaken van de akte. Bovendien moet je in deze constructie je kinderen (totdat jij of je partner overlijdt) jaarlijks 6 procent rente over het geleende bedrag overmaken. Zelfs al heb je daar voldoende vermogen voor, voor je kinderen geldt dat ze de vordering in box 3 moeten opgeven, wat bij hen -samen met de ontvangen rente- mogelijk tot een hogere belastingdruk in box 3 kan leiden. Kortom, laat eerst zorgvuldig berekenen wat het onderaan de streep voor iedereen kan opleveren, voordat je een “papieren schenking” overweegt.
Schenken van onroerend goed
Je kunt ook je woning, of een deel ervan, schenken aan je kind(eren). Daarvoor moet je altijd langs bij een notaris, die de tenaamstelling wijzigt en de woning inschrijft in het kadaster. Stel dat je kind je woning graag wil kopen, maar niet de gehele koopsom kan betalen. Dan kun je, als je dat wenst, een deel schenken. Wil je kind zelf in de woning wonen, dan kan hij/zij alleen dit jaar nog gebruikmaken van de “vrijstelling eigen woning” (28.947 euro) op de schenkbelasting. Vanaf 2024 wordt deze vrijstelling afgeschaft. Wat dat betekent en welke alternatieven er eventueel zijn, bespreek ik hier meer in detail.
De verkoopprijs van de woning bedraagt, voor de Belastingdienst, ten minste de WOZ-waarde. De schenkbelasting wordt dus minimaal op de WOZ-waarde berekend. Het kan natuurlijk zijn dat de reële waarde van de woning een stuk hoger ligt. Is je kind jouw enige erfgenaam, dan speelt het niet zo’n grote rol. Maar heb je nog andere kinderen, dan gaat een lagere verkoopprijs natuurlijk ook ten koste van hun erfdeel. Het is belangrijk om hierover met iedereen goede afspraken te maken, want het laatste dat je wilt is dat je met je goede bedoelingen onenigheid met en tussen je kinderen veroorzaakt.
Daarnaast is er nog de overdrachtsbelasting; deze wordt hoe dan ook over de werkelijke waarde, minus het bedrag waarover de schenkbelasting wordt betaald, berekend. De overdrachtsbelasting kan, in het geval dat je kind zelf de woning betrekt, 2 procent zijn, maar kan ook 0 procent bedragen. Voorwaarde voor het nultarief is dat je kind maximaal 34 jaar oud is en dat de waarde van de woning maximaal 400.000 euro is.
Wil je ander onroerend goed dan een woning schenken aan je kind(eren), dan is de werkelijke waarde het uitgangspunt voor de berekening van de schenk- en overdrachtsbelasting. De overdrachtsbelasting is in 2023 verhoogd tot 10,4 procent.
Laat je goed adviseren
Als je je kinderen, kleinkinderen, andere familieleden of naasten iets wilt schenken, is een rekenoefening vaak aan de orde. Niet alleen wat betreft jouw vrij beschikbare vermogen om te schenken, maar ook welke vorm van schenken voor alle betrokken partijen het voordeligste is. Als financieel planner kan ik je daarbij helpen. Neem gerust contact met me op!
Monique Londema CFP®, gecertificeerd financieel planner, m.londema@nlpa.nl